Specialistisch arbeidsdeskundig onderzoek

Wanneer re-integratie langer duurt dan voorzien, kan een bedrijfsarts een specialistisch arbeidsdeskundig onderzoek adviseren. Onze onafhankelijke arbeidsdeskundigen met expertise rondom visuele problematiek kunnen deze onderzoeken uitvoeren. Uitgangspunt daarbij is het beantwoorden van de belangrijkste vragen bij re-integratie van een werknemer rondom de Wet verbetering poortwachter. Een specialistisch arbeidsdeskundig onderzoek is een essentieel onderdeel van een re-integratietraject volgens de normen van UWV. 

Is de werknemer niet geschikt voor zijn werk bij de huidige werkgever? Dan stellen wij de volgende vragen:

  • kan het huidige werk met behulp van aanpassingen geschikt worden gemaakt?
  • kan de werkgever ander passend werk bieden?
  • is er aanleiding om de betrokkene naar ander werk te begeleiden en is een vervolgtraject gewenst?

Bij specialistisch arbeidsdeskundig onderzoek kijken wij naar taakuitvoering, belastbaarheid en het gebruik van ondersteunende hulpmiddelen. Een arbeidsdeskundige van Visio start met een vooronderzoek. Zij halen bij verschillende bronnen informatie op. Denk aan:

  • informatie over het functiegebouw.
  • de omvang van de werkzaamheden.
  • het belastbaarheidsprofiel van de bedrijfsarts.
  • de ervaren beperkingen door de oogaandoening.
  • de voortgang van het re-integratietraject.

Daarna voeren wij gesprekken met de werkgever en werknemer. De arbeidsdeskundige van Visio brengt uiteindelijk een gewogen advies uit over de mogelijkheden tot het duurzaam uitvoeren van werk.

Meerwaarde specialistisch arbeidsdeskundig onderzoek

Bij werknemers met een visuele beperking vraagt een arbeidsdeskundig onderzoek om een specifieke aanpak. UWV hecht hier grote waarde aan en erkent Visio als expertiseorganisatie. Visio onderscheidt zich door:

  • erkende arbeidsdeskundigen met een brede basis en specialisme in visuele problematiek.
  • het werken in een multidisciplinair team met kennis van visuele problematiek vanuit verschillende invalshoeken. Denk aan:
    • de gevolgen van een visuele aandoening op taakuitvoering.
    • de inzetbaarheid van hulpmiddelen.
    • aanpassingen aan de werkplek en werkomgeving.
    • specifieke trainingen waarin bijvoorbeeld compenserende vaardigheden worden aangeleerd.
  • een grondige taak-functieanalyse te doen van de werkzaamheden rondom de belastbaarheid en visuele mogelijkheden.
  • een gedegen inschatting te maken van de door de bedrijfsarts in het belastbaarheidsprofiel aangegeven beperkingen in relatie tot “het zien”.
  • te adviseren over aanvullende onderzoeken om visuele belastbaarheid te vergroten met bijvoorbeeld visuele hulpmiddelen.